395px

Ik ben mijn eigen heerser

Gustavo Cordera

Soy Mi Soberano

Soy mi propia religión
Mi soberano, yo me enseño
Pretendo ser real
Y todavía soy un sueño

Soy mi propio enemigo
Y me importa la derrota
Tu mirada se me nota
Es mi cáscara y mi ropa

Yo soy, aún no soy mío
Y aunque quiera ser mi dueño
Envejezco y me hago grande
Y todavía no me tengo

Soy mi dolor, soy mi condena
Soy el veneno de mis venas
Soy el remedio, soy mi cura
La enfermedad es mi cordura

Tengo duras las pupilas
Tengo corta la mirada
Y si en el fondo hay algo bueno
Lo imagino, no lo veo

Tengo celos, tengo envidia
Tengo bronca y me lastimo
No piensen que soy humilde
Yo solo me subestimo

Y aunque me parezca a todos
Y me confunda con la gente
Soy como nadie, soy diferente
Soy mi maestro, mi referente

Soy lo que siento, lo que me pasa
Ese es mi templo, esa es mi casa
Soy como nadie, soy diferente
Yo soy mi Dios, mi referente

Soy legal, clandestino
Un cordero y un asesino
Munición sin encopeta
Un caballo salvaje en una carreta

Soy leal, soy celoso
Tengo códigos como un mafioso
Los dementes me acompañan
Mis amigos no me extrañan

Soy temerario, perseguido
Mal pensado, retorcido
Estoy enfermo de humanidad
Bebiendo luz de la oscuridad

Como aún no soy consciente
Necesito de la gente
Por dentro soy vulnerable
Por fuera autosuficiente

Soy la fuerza del vapor
Una mezcla de agua y fuego
Yo soy semilla de Sol
Un enviado del cielo

Me desvela descubrir
El corazón tras tanto velo
Soy luz intermitente
Soy pájaro que aún no vuelo

Soy lo que siento, lo que me pasa
Ese es mi templo, esa es mi casa
Soy como nadie, soy diferente
Yo soy mi Dios

Ahí en esa podredumbre
Está la fuerza de la flor
Ahí donde la vida duele
Curan los ojos del amor

Ahí cambiás la suerte
Por el impulso de crear
Ahí reconocernos es suficiente
Es empezar a cambiar

Ahí en esa podredumbre
Se encuentra el compost de mi flor
Ahí donde la vida duele
Se abren los ojos del amor

Ahí en el pozo de la desidia
Germinan ganas de crear
Ahí reconocernos es suficiente
Es empezar a cambiarnos

Soy lo que siento, lo que me pasa
Ese es mi templo, esa es mi casa
Soy como nadie, soy diferente
Yo soy mi Dios

Es empezar a cambiarnos

Ik ben mijn eigen heerser

Ik ben mijn eigen religie
Mijn heerser, ik leer mezelf
Ik probeer echt te zijn
En ben nog steeds een droom

Ik ben mijn eigen vijand
En ik geef om de nederlaag
Jouw blik verraadt je
Het is mijn schil en mijn kleding

Ik ben, ik ben nog niet van mezelf
En hoewel ik mijn eigenaar wil zijn
Verouder ik en groei ik
En heb mezelf nog steeds niet

Ik ben mijn pijn, ik ben mijn verdoemenis
Ik ben het gif in mijn aderen
Ik ben het medicijn, ik ben mijn genezing
De ziekte is mijn verstand

Mijn pupillen zijn hard
Mijn blik is kort
En als er iets goeds is aan de binnenkant
Stel ik me het voor, ik zie het niet

Ik ben jaloers, ik ben afgunstig
Ik ben boos en ik kwets mezelf
Denk niet dat ik bescheiden ben
Ik onderschat mezelf gewoon

En hoewel ik op iedereen lijk
En me verwart met de mensen
Ben ik als niemand, ik ben anders
Ik ben mijn leraar, mijn referentie

Ik ben wat ik voel, wat me overkomt
Dat is mijn tempel, dat is mijn huis
Ik ben als niemand, ik ben anders
Ik ben mijn God, mijn referentie

Ik ben legaal, clandestien
Een lam en een moordenaar
Munitie zonder geweer
Een wild paard in een wagen

Ik ben loyaal, ik ben jaloers
Ik heb codes als een maffioso
De gekken vergezellen me
Mijn vrienden missen me niet

Ik ben roekeloos, achtervolgd
Slecht denkend, verdraaid
Ik ben ziek van menselijkheid
Drinkend licht uit de duisternis

Omdat ik nog niet bewust ben
Heb ik de mensen nodig
Van binnen ben ik kwetsbaar
Van buiten zelfvoorzienend

Ik ben de kracht van stoom
Een mengsel van water en vuur
Ik ben een zonnenoot
Een gezant van de hemel

Het houdt me wakker om te ontdekken
Het hart achter zoveel sluiers
Ik ben een intermitterend licht
Ik ben een vogel die nog niet vliegt

Ik ben wat ik voel, wat me overkomt
Dat is mijn tempel, dat is mijn huis
Ik ben als niemand, ik ben anders
Ik ben mijn God

Daar in die verrotting
Is de kracht van de bloem
Daar waar het leven pijn doet
Genezen de ogen van de liefde

Daar ruil je het lot
Voor de drang om te creëren
Daar is het genoeg om ons te herkennen
Het is beginnen te veranderen

Daar in die verrotting
Vindt men de compost van mijn bloem
Daar waar het leven pijn doet
Openen de ogen van de liefde

Daar in de put van desinteresse
Ontkiemen de drang om te creëren
Daar is het genoeg om ons te herkennen
Het is beginnen ons te veranderen

Ik ben wat ik voel, wat me overkomt
Dat is mijn tempel, dat is mijn huis
Ik ben als niemand, ik ben anders
Ik ben mijn God

Het is beginnen ons te veranderen

Escrita por: Gustavo Cordera