Pa' Que Sepan Cómo Soy
Abran cancha... Y no se atoren que hay pa' todos y tupido,
Tome nota la gilada que hoy da cátedra un varón,
Y aunque nunca doy consejos, porque no soy engrupido,
Quiero batir mi prontuario... Pa' que sepan cómo soy.
No me gusta ser ortiva, ni nací pa' lengua larga,
Y aunque me apure la yuta sé callar en la ocasión,
No le doy bola a los grasas que me miran y se amargan,
Conservando la distancia sé engrupir con distinción.
En la timba soy ligero, yo nací pa'l escolaso,
No se afane la muñeca cuando sobra calidad,
Yo conozco muchos vivos que cayeron en el lazo,
El que liga y se embalurda se deschava sin pensar.
Pa' las pilchas soy de clase
Siempre cuido mi figura,
Para conquistar ternuras
Hay que fingir posición.
Yo conozco bien el fato
Para mí el chamuyo es juego
Lo bato sencillo y reo
Pa' que sepan cómo soy.
Sé muy bien que entre los buscas hay algunos que me chivan,
Y me quieren dar la cana por envidia o por rencor,
Pero para mí no hay contra, los dejo tragar saliva,
Son borrados que no corren, son bagayos de ocasión.
Con guita, cualquiera es vivo, son anzuelos los canarios.
La cuestión es ser un seco y que te llamen señor;
Yo la voy de bacanazo, mas si junan mi prontuario
Sabrán que soy sin más vueltas... ¡un porteño flor y flor!
Voor Dat Ze Weten Hoe Ik Ben
Maak ruimte... En laat je niet tegenhouden, er is voor iedereen en het is druk,
Neem nota, de domme die vandaag lesgeeft is een man,
En hoewel ik nooit advies geef, omdat ik niet opschepperig ben,
Wil ik mijn dossier delen... Voor dat ze weten hoe ik ben.
Ik hou er niet van om een zeikerd te zijn, ik ben niet geboren om te roddelen,
En hoewel de politie me opjaagt, weet ik te zwijgen op het juiste moment,
Ik geef geen aandacht aan de sukkels die me aankijken en zich ergeren,
Met een veilige afstand weet ik met stijl te bluffen.
In het gokken ben ik snel, ik ben geboren voor de grote klapper,
Laat de dame niet stelen als de kwaliteit er is,
Ik ken veel slimme mensen die in de val zijn gelopen,
Wie zich laat meeslepen en zich verliest, verraadt zichzelf zonder na te denken.
Voor de kleding ben ik van klasse,
Ik zorg altijd voor mijn uiterlijk,
Om tederheid te veroveren,
Moet je een bepaalde houding aannemen.
Ik ken het spel goed,
Voor mij is het kletsen een spel,
Ik doe het eenvoudig en eerlijk,
Voor dat ze weten hoe ik ben.
Ik weet heel goed dat er tussen de zoekers sommigen zijn die me verraden,
En me willen laten oppakken uit jaloezie of wrok,
Maar voor mij is er geen probleem, ik laat ze slikken,
Het zijn losers die niet rennen, het zijn gelegenheidsidioten.
Met geld is iedereen slim, de kanaries zijn lokaas.
De kwestie is om een echte te zijn en dat ze je meneer noemen;
Ik doe alsof ik een grote jongen ben, maar als ze mijn dossier zien,
Zullen ze weten dat ik zonder poespas... een echte Porteño ben!