De Zon, de Zomer En de Zee

De zon, de zomer en de zee
Wat waren wij gelukkig met z'n twee
Jij beloofde mij voor altijd trouw
En ik zei: Lieveschat, wat hou ik toch van jou

'k Was met vakantie in Bergen aan de Zee
De golven zongen een heel mooi liedje mee
Toen ik jou daar eenzaam lopen zag
Jij lachtte vriendelijk en zei me goeiedag

Wij spraken over alles en nog wat
Ik zei dat ik nog nooit een vriendje had gehad
En bij 't avondlicht van volle maan
Mocht ik jou kussen en we bleven heel lang staan

De vakantie ging heel snel voorbij
'k Blijf altijd bij je, zei je tegen mij
't Was een sprookje uit Duizend-en-een-nacht
Dat ons geluk en ook de liefde heeft gebracht

En ik zei: Lieveschat, wat hou ik toch van jou
En ik zei: Lieveschat, wat hou ik toch van jou
En ik zei: Lieveschat, wat hou ik toch van jou

El sol, verano y el mar

El sol, el verano y el mar
Qué felices estábamos con nosotros dos
Me prometiste fidelidad para siempre
Y le dije: «Lieveschat, ¿cómo te amo?

Estaba de vacaciones en Bergen, junto al mar
Las olas cantaron una canción muy bonita a lo largo de
Cuando te vi caminando solo allí
Te reíste amablemente y te despediste de mí

Hablamos de todo y de todo
Dije que nunca había tenido novio
Y por la luz de la tarde de la luna llena
Si te beso, y nos quedamos allí por mucho tiempo

Las vacaciones pasaron muy rápidamente
Siempre estoy contigo, me dijiste
Era un cuento de hadas de Mil y una noches
Eso nos ha traído felicidad y también amor

Y le dije: «Lieveschat, ¿cómo te amo?
Y le dije: «Lieveschat, ¿cómo te amo?
Y le dije: «Lieveschat, ¿cómo te amo?

Composição: Builder / Kuiper / Ortega